Teelt
“Door duurzaam te telen maken we de wereld elke dag een klein beetje beter.”
Hommels
Om een tomaat te produceren is het noodzakelijk dat de bloem van de tomatenplant bestoven wordt. In de kas gebruiken we hiervoor hommels. De hommels leven in hommelkasten die op strategische plekken in de kas worden gezet. Net als de bijen halen ze het stuifmeel van de bloemen. Waarom hommels en geen bijen? Voor sommige gewassen worden bijen gebruikt, bij veel soorten fruitbomen bijvoorbeeld. Hun bloesem bevat veel nectar zodat de bijen in de buurt blijven. Tomatenbloemen bevatten echter weinig nectar. Bijen zullen dus snel de kas verlaten, op zoek naar rijkere voedselbronnen. En omdat bijen met elkaar communiceren is de kans groot dat wanneer er eentje vertrekt, de rest volgt. Hommels zijn iets minder slim en blijven in de buurt. Zij krijgen suikerwater als voedsel aangeboden.
Gewasverzorging
Onze tomatenplanten krijgen gedurende hun levenscyclus de best mogelijke aandacht en verzorging. Vanaf het moment dat ze de kas in komen in december tot het moment dat ze worden opgeruimd in november, produceren ze bij elkaar zo’n 10 miljoen kilo tomaten. Een hele prestatie! We vergelijken ze dan ook het liefst met topsporters. Met atleten die alleen onder perfecte omstandigheden tot grote hoogten kunnen groeien. En daar moet goed voor worden gezorgd. Gedurende het oogstseizoen heerst er dan ook niets minder dan een topsportklimaat. Een heel team van verzorgers staat elke dag weer klaar om de planten in te draaien en te dieven, om blad te snijden en de rijpe tomaten te oogsten. Iedere dag opnieuw wordt de juiste hoeveelheid water en voedingsstoffen per plant afgemeten en wordt het klimaat in de kassen optimaal gehouden. Allemaal zodat onze topsporters maximaal kunnen presteren.
Tomatenplanten groeien het hele jaar door. Dat betekent dat ze op een gegeven moment zo groot worden dat de hoofdstam niet sterk genoeg is om zelf overeind te blijven als de plant vruchten gaat krijgen. Daarvoor worden er touwen gespannen van bovenin de kas tot onderaan de stengel waarlangs de plant omhoog kan klimmen. De plant moet daarbij een handje worden geholpen dus worden ze regelmatig in het touw gedraaid. Dit werk wordt gedaan door speciale draaiers. Zij zijn hierin gespecialiseerd en kennen het gewas goed. Ze hebben dus ook een hele belangrijke signaleringsfunctie.
Bij de groei van de plant ontwikkelen zich ook zogenaamde dieven. Dat zijn nieuwe stengels in de bladoksels en worden zo genoemd omdat ze een deel van de groeikracht ‘stelen’ van de hoofdstengel. Deze worden wekelijks weggehaald. Als we de dieven zouden laten zitten dan bestaat de plant op den duur uit een warboel van bladeren en stengels, met als gevolg kleinere en zwakkere tomatentrossen.
Een belangrijk onderdeel van de gewasverzorging is het bladsnijden. Zouden we dat niet doen dan komt er te weinig licht bij de vruchten onderaan de plant en verloopt de afrijping trager. Bovendien blijft het gewas langer vochtig en is daardoor vatbaarder voor ziekten en plagen. Het bladsnijden moet netjes gebeuren want anders kunnen er te grote of rafelige wonden ontstaan waarop schimmels kunnen gaan groeien. Teveel bladsnijden is ook niet goed. Vruchten die teveel in de zon hangen kleuren minder goed en worden ruw. Bovendien kan de plant met minder goed weer niet voldoende verdampen, met als gevolg snel scheurende vruchten.
De eerste maanden tot de oogst groeit een tomatenplant ongeveer 25 cm per week. Dit betekent dat de planten na ongeveer 2,5 maand tot boven in de kas zijn gegroeid (4,5 meter hoog). Om ervoor te zorgen dat de planten door kunnen groeien heeft elke plant een klosje touw dat we kunnen afwikkelen. Eens in de 2 weken laten we vanaf maart de planten ongeveer een halve meter naar beneden zakken en schuiven we ze een stuk op. Hierdoor kunnen ze gewoon doorgroeien en wel tot 12 meter lang worden.
Vanaf het moment van vruchtzetting tot aan de oogst duurt 8 weken. Vanaf maart zijn de eerste tomaten rijp en worden ze van de trossen geplukt. Dit gebeurt met de hand. Na het oogsten gaan de tomaten naar onze verpakkingshal waar ze gesorteerd worden op kleur, rijpheid en grootte. Daar worden ze bovendien nog een keer onderworpen aan een aantal kwaliteitschecks. Vervolgens worden ze in de gewenste verpakking verpakt. Op deze wijze kunnen we voor de verschillende klanten de voor hun geschikte tomaten uitleveren. In september nemen we de top uit de planten, zodat deze geen nieuwe bloemen meer aanmaakt. Dit bevordert het afrijpen van overgebleven trossen. Eind november stoppen we met de teelt en worden de kassen leeggeruimd en schoongemaakt. Klaar voor een nieuw team topsporters.
Biologische gewasbescherming
Samenwerken met de natuur is de enige manier om gezond en veilig voedsel te kunnen produceren. We zetten dan ook maximaal in op biologische gewasbescherming door het natuurlijke ecosysteem in de kas te onderhouden. Dit doen we door de gewassen tegen ziekten en plagen te beschermen door het inzetten van natuurlijke vijanden. Bijvoorbeeld lieveheersbeestjes die de bladluizen opeten en sluipwespen die witte vlieg bestrijden. Biologische gewasbescherming is circulair en tast de omgeving niet aan. Bovendien worden de planten weerbaarder en worden ze minder snel ziek.
Opvangen van regenwater
Regenwater is onze belangrijkste watervoorziening om de tomatenplanten te bewateren. Regenwater dat op de kassen valt wordt opgevangen in grote silo’s. Het overtollige water in de winter injecteren we in een zandlaag op een diepte van ca. 40 meter. Het wordt daar opgeslagen tussen verschillende grondlagen waardoor het als een grote ‘bel’ geïsoleerd zit en het niet vervuild kan raken. In een droge zomerperiode kunnen we dit er vervolgens weer uit halen.
Het gewonnen water wordt zo efficiënt mogelijk gebruikt. Met behulp van intelligente software wordt exact in kaart gebracht wat de waterbehoefte van de gemiddelde plant is, zodat er geen overmatig of onvoldoende water wordt gegeven. Het water wat uiteindelijk niet door de plant wordt gebruikt, wordt gefilterd en weer opnieuw gebruikt. Zo is de kringloop gesloten.
Kweken op substraat
De tomaten van Duijvestijn Tomaten worden op substraat gekweekt. Deze zijn gemaakt van steenwol. Steenwol heeft een unieke vezelstructuur, waardoor het mogelijk is om heel gericht water en voedingsstoffen toe te dienen. Daardoor is er bijna geen sprake van verspilling. Daarnaast kan steenwol eenvoudig worden hergebruikt. Zo kunnen er nieuwe substraatmatten van worden gemaakt, maar ook is het uitermate geschikt als isolatiemateriaal voor woningen of als vulstof voor bakstenen. Dit maakt steenwol een duurzaam en milieuvriendelijk product.
Energie
Als een van de eerste telers van Nederland verwarmen wij sinds 2011 onze kassen met aardwarmte. Aardwarmte is een zeer milieuvriendelijke manier om warmte op te wekken. Door het gebruik van aardwarmte gebruiken we praktisch geen fossiele brandstoffen en is er geen restafval. We besparen hiermee jaarlijks zo’n 7 miljoen m3 aardgas. Daarnaast liggen er sinds 2019 ruim 2.500 zonnepanelen op het dak van ons verpakkingscentrum LogiFour, waarmee we onze energie grotendeels zelf kunnen opwekken. Onze tomaten zijn dus hele duurzame tomaten.